vrijdag 29 januari 2010

Passport please...

‘Passport please’. Het is me al vaak gevraagd, op vliegvelden, bij inschrijvingen en bij groezelige Afrikaanse grensovergangen, maar nog nooit hebben die twee woorden me zo mooi in de oren geklonken als deze week. ‘Passport please’ betekend namelijk dat je papieren in orde zijn, dat er een einde is gekomen aan het lange wachten op een visum en dat ze je paspoort nodig hebben om er een sticker in te plakken. En daar was ik wel aan toe, na acht bezoeken aan home affairs, na uren afwachten en na het bedenken van vele ‘naar welk land reis ik als ik het land uit moet’-avonturen. Want ik was het behoorlijk zat om steeds weer naar dat grote, chaotische kantoor te gaan. En nog veel belangrijker, ik wil het land helemaal niet uit. Ik ben veel te blij om in een land, in een stad te zijn waar ik me thuis voel, waar ik het werk kan doen waar ik altijd van gedroomd heb, waar ik al mijn talenten kan gebruiken en waar werk, hoewel moeilijk en uitdagend, als een hobby voelt.
Ik ben hier nu twee weken en heb nu een behoorlijk idee van de verschillende projecten die Youth for Christ hier heeft en ik ben ook al lekker aan het werk. YfC doet veel in scholen, ze doen jeugdwerk in verschillende communities en  bij bijvoorbeeld SOS kinderdorp.
Ik werk in een sub-departement ‘ Options’. Tot nu toe waren dat allemaal min of meer losse projecten die soms wel en soms niet, afhangend van de voorkeur van de vrijwilligers die op dat moment in Kaapstad werkzaam waren draaiden. Wat de projecten met elkaar verbind was dat ze allemaal om jonge vrouwen en baby’s draaien . Nu zijn al die projecten bij elkaar gekomen en proberen we de netwerken tussen de verschillende projecten steviger te maken. Options werkt bijvoorbeeld samen met een baby-huis waar baby’s wachten op hun adoptie, ze werken in een huis waar zwangere tienermeisjes worden opgevangen, ze verzorgen counseling in een ziekenhuisafdeling waar abortussen puitgevoerd worden en ze werken op en afdeling voor premature baby’s waar ze vooral letten op het welzijn van de moeders, die hier samen met de baby’s opgenomen zijn.
Ik ben tot nu toe vooral actief in de abortuskliniek. Het bijzondere is dat we daar voor dat de vrouwen een definitieve keuze maken met de vrouwen kunnen en mogen praten. Het werk wat we daar doen is een beetje vergelijkbaar met het werk van de VBOK in Nederland. We lichten zwangere meiden en vrouwen voor over hun verschillende keuzemogelijkheden zodat ze een doordachte keuze kunnen maken over hun leven en over het leven van hun ongeboren kind. Als ze er voor kiezen om de baby te houden helpen we ze waar mogelijk, als ze de baby willen laten adopteren helpen we hen daar ook bij. Als ze kiezen voor een abortus is dat betreurenswaardig en ik vind het moeilijk om te accepteren maar ook dan helpen we ze door ze bij te staan voor en na de operatie, en ook voor begeleiding achteraf.
De verhalen die je hoort zijn soms hartverscheurend, en ik snap volledig dat sommige vrouwen het niet aan kunnen om een zwangerschap uit te dragen. Voor sommige  vrouwen is abortus een manier van anticonceptie, je hoopt dat je niet zwanger wordt, en als het toch gebeurd ga je voor een abortus. En dan zijn er vrouwen die er gewoon niets van snappen, die niet snappen wanneer je zwanger kan worden en die niet snappen hoe je je anticonceptiemethode precies gebruikt.  Het is een enorme uitdaging om al die vrouwen op een gepaste manier te begeleiden, maar ik vind het een mooie uitdaging. Gelukkig leer ik veel van mijn fantastische collega’s die enorm veel ervaring hebben.
De komende blogs zal ik proberen om meer inhoudelijk op het werk in te gaan en als iemand vragen , tips of opmerkingen heeft zijn e-mails meer dan welkom!
Liefs Anneke

maandag 18 januari 2010

Wachten op niets...



Dit is een heel bijzonder blog. Dit is namelijk de eerste blog geschreven vanuit het kantoor van YFC, mijn werkplek voor het komende jaar (de komende jaren?). Ik ben ook zeer verheugd jullie eindelijk mijn adres te kunnen meedelen.  (Hint..Hint…;) )
Anneke Sikkema
4 stella road
Montague gardens 7441
Cape town south africa

Vorige week zijn we na een schitterende reis aangekomen maar het lijkt alsof ik hier al weken ben. Er is dan ook veel gebeurd. We zijn voor Hartmut op kamerjacht gegaan en hebben ontdekt dat ‘kamer’ een relatief begrip is. Het kan een donker hol zijn waar vocht langs de muren druipt en waar het enige daglicht door een klein raampje komt, waar, om het allemaal nog een beetje spookachtiger te maken een groezelig gordijntje voor hangt dat als woonplaats dient voor vele spinnen. Maar het kan ook een schone kamer met bed en wastafel in een gezellig huis zijn… of iets er tussenin. Het is niet moeilijk om te raden waar Hartmut voor gekozen heeft.
Verder ben ik twee  keer naar Home Affairs geweest, ik denk dat dit door buitenlanders een van de meest gevreesde en gehate kantoren van de stad is. Hier moet ik mijn visum krijgen. Ik heb de papieren meer dan twee maand geleden ingeleverd en verwachtte dus dat alles klaar zou zijn als ik terug zou komen uit Namibië, ze beloofden 30 dagen en zelfs met het  Afrikaanse werktempo moet 2 maanden dan haalbaar zijn. Mijn eerste poging vorige week was om te huilen, na meer dan 3 uur wachten in een warm, overvol en lawaaierig kantoor mocht ik mijn bonnetje inleveren en gingen ze op zoek naar mijn aanvraag. Na 15 minuten kwamen ze terug om te zeggen dat het nog niet klaar was en dat ik een andere keer terug moest komen omdat het kantoor nu dicht ging. Wanneer het dan wel klaar was, hoe het kwam dat het nog niet klaar was en wanneer ik terug moest komen bleken zeer moeilijke vragen te zijn. De volgende dag ondernam ik vol goede moed mijn tweede poging.  Voor acht uur was ik op het kantoor, dat al behoorlijk vol was. Ik hoefde maar 15 minuten te wachten voor ik mijn bon kon inleveren en ze op zoek gingen naar mijn aanvraag. Ik wachtte, kletste wat met de mensen op me heen, wachtte, maakte een puzzel, wachtte, probeerde systemen uit te vinden om het allemaal een beetje efficiënter te laten gaan en wachtte nog meer…. Geduld is een schone zaak lijkt het motto te zijn van de  mensen die bij Home Affairs werken want alles gaat tergend traag. Heel af en toe loopt er iemand met een gevonden aanvraag nar buiten, een naam wordt afgeroepen, de betreffende persoon moet zijn paspoort inleveren om uiteindelijk de stempel te krijgen en moet dan weer wachten. Ondertussen wordt het kantoor steeds voller en lawaaieriger en is het steeds moeilijker om je eigen naam te horen, mocht je zo gelukkig zijn dat ze die afroepen. Na 4 uur wachten werd mijn naam eindelijk afgeroepen en vertelden ze me dat mijn aanvraag nog niet klaar was… na mijn verontwaardigde protest kreeg ik een telefoonnummer waar ik naar toe kan bellen om de status van mijn aanvraag te checken, maar ik krijg er geen gehoor. En een website… die niet werkt….. Ik zal me in de loop van de week maar weer aansluiten in de rij om een dappere nieuwe poging te ondernemen…  Ik vertrouw dat ik hem krijg, ik moet gewoon een lesje geduld leren.
Jullie hoeven trouwens geen medelijden met me te hebben,  ik heb het hier ontzettend naar mijn zin. Het werk lijkt fantastisch! De collega’s zijn super en ik heb ook al veel leuke dingen gedaan. Nu hebben we oriëntatie week, we gaan langs bij alle projecten, ze leggen ons dingen uit over cultuur en veiligheid en we worden goed voorbereid om hier straks aan het werk te gaan. Het is goed om hier eindelijk te zijn!

zondag 10 januari 2010

Terug naar Kaapstad...


Dinsdag gaat het dan eindelijk echt gebeuren. Hartmut en ik zullen de lange weg van Kaapstad naar Windhoek, die we in November gereden hebben in omgekeerde richting terug rijden en ons leven in Kaapstad zal eindelijk beginnen!
In de voorgaande blogs was denk ik al wel op te merken dat ik er ontzettend veel zin in heb... ik kan niet wachten om eindelijk aan het werk te gaan en om te doen waarvoor ik gestudeerd heb, waarvoor ik sponsors gezocht heb en waarvoor ik de vertrouwde dingen in Europa achter me gelaten heb.... En ondanks dat overvalt me nu ook een stukje weemoedigheid. Ik heb hier in Namibia twee heerlijke maanden gehad waarvoor ik Hartmuts familie ontzettend dankbaar ben. Ze hebben me overal mee naar toe genomen en zo heb ik veel bekende en minder bekende delen van het land gezien. De hartelijkheid waarmee ik ben opgenomen in de familie is bijzonder en ik zal deze twee maanden waarin ik helemaal tot rust ben gekomen, waarin ik veel geleerd heb en waarin mijn batterijen volledig zijn opgeladen nooit vergeten!  Het was de ideale start voor een nieuw leven vol uitdagingen en verassingen..


Elke, Reiner, Hartmut, Imke en Martin... Vielen Dank für die herrlichen Monaten!!  

maandag 4 januari 2010

Reading the bushmen newspaper....



En toen was het ineens 2010…..  En gaat het werk eindelijk beginnen! Volgende week vertrekken we terug naar Kaapstad. We hebben een heerlijke kerstvakantie gehad en mijn batterijen lopen over van de energie en werklust.
Met kerst loopt Windhoek leeg, de zwarte bevolking gaat de familie op het platteland bezoeken en de rest gaat naar de kust… Wij dus ook en we hebben geweldig genoten. Hartmut had daar een voetbaltoernooi waar ik kennis heb kunnen maken met veel van zijn vrienden, we hebben gezwommen, gebodyboarded, geholpen met het bouwen van een megazandkasteel, schitterende zonsondergangen gezien en de krant van de Bosjesmannen gelezen…
Als je nu denkt  dat ik zo’n talenwonder ben dat ik in die paar weken dat ik hier ben de taal van de Bosjesmannen geleerd heb moet ik je teleurstellen. Je moet het meer spreekwoordelijk zien. We hebben namelijk een tour door de woestijn gemaakt onder begeleiding van een gids die ons de krant leerde lezen. De dieren zelf zijn de journalisten die zich laten vinden door de sporen die ze achterlaten. De woestijn, die op het eerste gezicht een levenloze zandduinenvlakte lijkt blijkt tal van geheimen te herbergen. Dieren die zich op verbluffende wijze hebben aangepast aan het harde leven in de hitte en de droogte.
Neem bijvoorbeeld de hoornratelslang, die door zijn zijwaartse manier van bewegen als een van de weinige slangen tegen een duin op kan klimmen. Als het zand te heet is graaft hij zich in totdat alleen zijn ogen en puntje van zijn staart nog zichtbaar zijn. Dit is voor hem ook dé ideale positie om te jagen, haast onzichtbaar wacht hij op zijn prooi, om dan ineens vanuit het niets toe te slaan. Die prooi is bijvoorbeeld een sand-diving-gecko, een gekko die als het hem ‘te heet onder de voeten wordt’, door gevaar of door de warmte van de zon, in minder dan een seconde zichzelf volledig ingegraven heeft. Hij overleeft doordat hij een tweede blaas heeft waarin hij tot 12% van zijn eigen lichaamsgewicht in water extra mee kan slepen, genoeg om maanden te overleven. De slang gebruikt deze gecko’s dan ook als zijn eigen watervoorziening.  Of hij neemt de de palmato-gecko, een hagedis met zo’n dunne en kwetsbare huid dat 20 seconden in de zon genoeg is om hem compleet uit te schakelen. Gedurende de dag leeft hij onder het zand,waar het een stuk kouder is en in de koelte van de nacht komt hij boven om eten en vocht te zoeken.
In de woestijn zijn geen waterbronnen of kleine riviertjes en daardoor kan het leven in de woestijn alleen blijven bestaan door de mist die aan het eind van elke nacht opkomt uit de zee. De dieren hebben elk hun eigen vernuftig systeem om dit water zo efficiënt mogelijk op te vangen. De Namib desert kever klimt elke nacht tot op de top van een duin, gaat op zijn kop staan en vangt zo met het puntje van zijn achterwerk de mist op die over zijn met wax bedekte  vleugels naar zijn kop loopt waar hij het kan opdrinken. Hij drinkt tot 40 procent van zijn eigen lichaamsgewicht en is dus een lopend waterreservoir wat hem tot een zeer geliefd hapje van slangen, kameleons en andere roofdieren maakt.
Ik kan uren door blijven praten over de kleine wondertjes van de woestijn, ik ben enorm onder de indruk van de creativiteit van de schepper! Ik zou dus iedereen willen aanraden om hier langs te komen om samen met mij verwonderd te zijn….
PS: De geldboom bestaat wél... voor iedereen die geïnteresseerd is, het plaatje middenonder is het bewijs. Het enige nadeel is dat de vetplant met zijn muntvormige bladeren 'dollartree' heet. Hopen dat ze bij het inwisselen in de bank niet moeilijk doen over een vreemde valuta...

Dit vind je misschien ook wel leuk...

Related Posts Plugin for WordPress, Blogger...